Model+berekent+CO2%2Dvastlegging+in+de+bodem
Nieuws
© Twan Wiermans

Model berekent CO2-vastlegging in de bodem

Melkveehouders kunnen via een monitoringssysteem vaststellen hoeveel CO2 ze in de bodem vastleggen. Daarmee kunnen ze zien en aangeven hoe groot het effect van koolstofvastlegging is op hun carbon footprint.


Door het organischestofgehalte te verhogen, kunnen boeren op hun grond koolstof vastleggen en zo de carbon footprint van het melkveebedrijf verkleinen. Organische stof bestaat voor ongeveer de helft uit koolstof. Om te bepalen hoeveel koolstof in de bodem is vastgelegd (bodem C), moet er worden gemeten.

'Het nauwkeurig meten van bodem C is erg lastig', legt Jan Peter Lesschen van Wageningen University & Research uit. 'In de bovenste bodemlaag ligt zo een voorraad van 50 tot 100 ton koolstof per hectare opgeslagen. Dit is niet per se gelijk verspreid over het perceel.'

Weinig bodemmonsters

Een melkveehouder neemt meestal één keer in de vier jaar een bodemmonster per perceel. Een koolstofvastlegging van 0,5 ton is dan slechts een zeer kleine verandering van deze voorraad: tussen de 0,5 en 1 procent. Deze is ook nog vaak kleiner dan de nauwkeurigheid waarmee de bodem wordt geanalyseerd.

'Daarnaast zijn geografische en weersfactoren van invloed op de hoeveelheid opgeslagen koolstof, zoals kleine hoogteverschillen, de aanwezigheid van veenlagen en het effect van temperatuur en vocht', aldus Lesschen.

Een alternatief is om op basis van wetenschappelijke modellen de bodem C te berekenen. Ook dan blijven de onzekerheden per bedrijf groot, bijvoorbeeld doordat het lastig is om in te schatten hoeveel koolstof er uit gewasresten achterblijft op het grasland.

Lesschen heeft met collega's van Wageningen Environmental Research en Wageningen Livestock Research een monitoringssysteem ontwikkeld dat nauwkeurig genoeg is om over grotere aantallen percelen van meerdere bedrijven een betrouwbaar resultaat te geven.

Op de 33 deelnemende melkveebedrijven draagt de huidige praktijk gemiddeld 2 procent bij aan een verlaging van de carbon footprint van 2 procent zonder actieve sturing op koolstofvastlegging in de bodem.

Meer metingen

De onderzoekers stellen voor om de modellen aan te scherpen met meer metingen uit het veld gedurende meerdere jaren in combinatie met jaarlijkse bodemmonsters.

Lesschen wil de bodem C frequent op een groot aantal percelen meten. Daarnaast moeten volgens hem activiteiten als bemesten, graslandvernieuwing en wisselbouw op die percelen centraal worden verzameld.

'Wanneer in de loop van de tijd meer meetgegevens beschikbaar komen, kunnen we het wetenschappelijk model aanscherpen en daarmee nauwkeurigere berekeningen voor individuele percelen geschikt maken.'

In de tussentijd kan de melkveehouderij zich volgens de onderzoekers richten op het nemen van maatregelen waarvan nu al bewezen is dat ze helpen om koolstof vast te leggen, zoals minimaliseren van graslandvernieuwing en de aanvoer aan koolstof uit mest en gewasresten maximaliseren.


© 2020 Smartfarming.nl is een uitgave van AgriPers bv.